Dichter, schrijver en essayist

OEUVRE

1921

Elegieën

Deze proza-gedichten, op 160 genummerde en getekende exemplaren, zijn gedrukt op de persen van F. Gilliams-Lambrechts, Pruynenstraat 3, Antwerpen. Copyright by Maurice Gilliams, 1921.
Bezorgd door H. Sele, St-Jacobsmarkt 60, Antwerpen.

Dit is het eerste werk onder zijn eigen naam. Zijn jeugdwerken onder pseudoniem Floris van Merckem beschouwde hij als typografische oefeningen.

Van deze reeds in 1918 geschreven Elegieën heeft hij het grootste deel vernietigd. Een tiental exemplaren bleef bewaard.

1925

De dichter en zijn schaduw

Van deze verzenbundel werden 25 exemplaren getrokken. Een bundel die indruk maakte op recensenten als Paul van Ostaijen en Karel van de Woestijne.

In het artikel Maurice Gilliams en zijn schaduw uit 1925 (tijdschrift Boekenpost nr.108 juli/aug. 2010) is te lezen hoe een deel van de 25 exemplaren is opgespoord. Na publicatie meldden zich nog twee bezitters van een exemplaar.

1928

Eenzame Vroegte

Deze bundel werd evenals de vorige bundel gezet en gedrukt door de dichter;  50 exemplaren op velijn (en 2 op hollandsch papier).

1929

De flesch in zee

In december 1929 werden op de eigen pers door de dichter 25 exemplaren getrokken.

1932

Het Maria-Leven

In februari 1932 werden eerst 7 exemplaren gedrukt. In november van dat jaar verscheen een herdruk op 100 exemplaren. Op 28 maart 1936 ontsliep de moeder van de dichter; een exemplaar van deze bundel ‘waarvan zij de ingeefster is geweest en dat speciaal voor haar werd gedicht’, werd in het graf meegegeven.

1933

Oefentocht in het luchtledige

In deze oplage 8 prozastukken voorafgegaan van een otophoon, die hebben  gediend tot voorstudie van de roman Elias of het gevecht met de nachtegalen (1936). Deze stukjes ontstonden tussen mei 1924 en november 1927 en werden gedrukt in mei 1933 op 132 exemplaren (2 op hollandsch papier en 130 op Alpha paper). De bundel verscheen in juni 1933.

1933

Het verleden van Columbus

Van deze bundel werden in juli 1933 gedrukt: 130 exemplaren op hollandsch papier en 2 op Alpha paper.
Voor de titel van deze dichtbundel geeft de dichter de volgende verklaring: ‘Columbus vertrok in het vooruitzicht een reisroute naar India te ontdekken; hij kwam voor de kust van Amerika’.

1936

Elias of het gevecht met de nachtegalen

Het romandebuut. Oplage 1500 exemplaren; debiet voor België 250. Al vrij snel na publicatie was Gilliams toch niet tevreden over het tweede cahier. In latere drukken keert het niet terug. In de eind 2017 verschenen herdruk is de roman weer te lezen in de originele versie.

Latere drukken verschenen in grotere oplagen; zoals de 2de druk uit 1943 op 3.000 exemplaren en de pocketeditie uit 1961 op 10.000 exemplaren.

1937

Vlaamsche lyriek

Een bloemlezing van gedichten uit de periode 1830-1890 ; de periode van de Romantiek, de zgn. Realisten en de voorlopers van de Vernieuwing.

De oplage bedraagt 500 exemplaren.

1937

Twee oefeningen

De beide prozastukken Meneer Albéric en In Memoriam die voorkomen in de bundel Oefentocht in het luchtledige werden voor deze afzonderlijk uitgave herzien. Oplage 500 exemplaren.

1941

Inleiding tot de idee Henri de Braekeleer

Gedrukt op 500 genummerde en gesigneerde exemplaren en 20 met de pers gemerkte exemplaren op Arches; typografisch ontwerp is van de auteur. Op het omslag een reproductie van het schilderij Grootmoedersfeest.

1943

De man voor het venster

Een fragment van het origineel op 3 exemplaren verscheen in 1942. Het verder werken werd afgebroken door het voor lange tijd gehospitaliseerd zijn van de auteur.
De Aanteekeningen in dit boek beslaan de jaren 1932 t/m 1940. Ook is een herziene versie van Inleiding tot de idee Henri de Braekeleer opgenomen.

1947

In memoriam Felix Timmermans

Het betreft de rede die is uitgesproken op de uitvaart van Felix Timmermans, in het sterfhuis te Lier op 28 januari 1947. Er werden 125 exemplaren getrokken op Simili Japon, 25 op handgeschept papier en 15 werden voorzien van het uitgeversboekmerk.

1947

Het verlangen

Het betreft een jeugdwerk van Maurice Gilliams. Het werd gezet, verlucht en op 103. exemplaren gedrukt in het atelier van de Abdij ter Kameren onder leiding van Jozef Cantré.
De novelle werd geschreven in 1922.

1947

Rubens en zijn beide vrouwen

Een lezing gehouden – in opdracht van Dr. Camille Huysmans, toenmalig burgemeester van Antwerpen – ter gelegenheid van de inwijding op 23 juli 1946 van het Rubenshuis.
Van dit boekje werden 125 exemplaren getrokken.

1947

Het werk der leerjaren

Bevat Het verlangen, Acht dagboekbladen (1921-1924) met o.a. notities over Beethovens’ Missa Solemnis, zelfportretten van Rembrandt en Gustave de Smet, en Zeven gedichten.
Oplage 500 genummerde en gesigneerde exemplaren.

1950

X gedichten

Dit bundeltje met 10 verzen trok de dichter in vijftig exemplaren op geschept papier, genummerd van 1 tot 50 en 5 exemplaren op met de hand geschept papier gemerktekend A tot E. Alle exemplaren zijn gesigneerd; geen van alle is in de handel gebracht.

1952

Een bezoek aan het prinsengraf

Een essay over de dichter Paul van Ostaijen. Het bevat de tekst van twee lezingen gehouden op 22 november en 20 december 1950 in de Koninklijke Vlaamse Akademie voor Taal- en Letterkunde te Gent.
Oplage 500 exemplaren; 20 ervan zijn genummerd en gesigneerd door de auteur.

1953

Winter te Antwerpen

In oktober 1953 gedrukt op 1000 exemplaren, waarvan 100 voor Nederland door de auteur genummerd en gesigneerd. Ook bestaan er 10 luxe-exemplaren.

Opgedragen aan Maria-Elisabeth de Raeymaekers, Gilliams’ levensgezellin. ‘Met een stokje, dat uit een kraaiennest gevallen was, schreef ik spelenderwijze runentekens in de sneeuw. …Met mijn voet veegde ik alles weer dooreen. Een eenvoudige vrouwennaam lag diep in een bed van sneeuwvlokken, toegedekt,  en door geen mensenoog ooit weer te vinden.’
(blz. 97, 99).

1953

De kunst van de fuga

Dagboekbladen en essays.

Vanwege een ongelijkmatige druk werd de eerste oplage door de auteur geweigerd; er zijn wel exemplaren van in omloop. Doordat van de herdruk geen drukproeven werden voorgelegd bleven zetfouten ongecorrigeerd. Er is dus een A- en een B-versie

Oplage 500 exemplaren; 12 door de auteur genummerde en gesigneerde  exemplaren werden niet in de handel gebracht.

1955

Vita Brevis

De vier delen van het verzameld werk Vita Brevis verschenen in de jaren 1955-1959.

Oplage 1000 exemplaren; en 6 exemplaren op Japans papier genummerd van A tot F, en 10 exemplaren op oud-hollands genummerd 1 tot 10. Van deel III en IV wordt gezegd dat geen enkel luxe-exemplaar bij de intekenaars terecht is gekomen.

1958

Emmanuel de Bom

Een monografie over Emmanuel de Bom geschreven in opdracht van het Ministerie van Openbaar Onderwijs.

1964

Bronnen der slapeloosheid

Van deze bundel met 9 gedichten werden in maart 1964 gelijktijdig met de hierna genoemde bundel Gedichten 1919-1958 slechts 10 exemplaren getrokken en door de auteur genummerd.

1964

Gedichten 1919-1958

Van dit overzicht van de gedichten in deze editie werden (in maart) 125 exemplaren gedrukt, waarvan 5 op naam van een bezitter. Een jaar later werden nog eens 700 exemplaren opgelegd en 12 in Hollandsch geschept − in een andere uitvoering.

1969

Zwanen en zoutsteen

Bevat de herziene tweede druk van de novelle Libera nos, Domine (1927), vijfde druk van De man in de mist en de zesde druk van zes novellen uit Oefentocht in het luchtledige; zevende druk van Monsieur Albéric en In Memoriam.

1969

Wasdom

Deze monografie kwam tot stand naar aanleiding van de tentoonstelling van grafisch werk van Jos Hendrickx in museum Dhondt-Dhaenens te Sint-Martens-Latem.

Het essay Wasdom werd in 1940 geschreven. Voor de retrospectieve tentoonstelling Jos Hendrickx van 23 september – 25 november 1972 in het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten te Antwerpen, voorzag Gilliams het essay van enkele aanvullingen.

1975

Vita Brevis

De vier delen van deze gewijzigde en herziene versie verschenen in de jaren 1975-1978.

Van de gewone editie in havanakleurige skivertex met goudstempels werden 1500 exemplaren gedrukt. De luxe-editie in 25 exemplaren kreeg een mosgroene skivertex.

Over deze groene band is Gilliams niet te spreken. In een brief aan zijn uitgever noemt hij het een ‘groen monster’.

1980

Dankwoord

Dankwoord bij de uitreiking van de Prijs der Nederlandse Letteren te Amsterdam op 4 oktober 1980 uitgesproken door Maurice Gilliams.

1991

Gregoria of een huwelijk op Elseneur

Een eerste fragment verscheen in 1974 in een literair tijdschrift. 
Krachtens de laatste wilsbeschikking van Gilliams mocht het boek 
pas verschijnen nadat bepaalde omstandigheden waren ingetreden.
Giliams werkte tot aan zijn overlijden op 18 oktober 1982 aan deze roman.
 In zijn schrijfmachine stak nog een vel van het typoscript.

“Een berg heeft altijd stijl. Wij moeten stijl veroveren. Maar die berg heeft dat door zijn natuur. Stijl. En daar kunt ge niks aan veranderen. Dat is voltooid, niet waar? ’t Is dat wat ik betracht. Dat zo’n gedicht, het gevoelen, de indruk wekt dat er nu geen woord meer nog kan volgen”.